Alles over pensioen

Hoe zat dat ook alweer met pensioen? Als je je voor het eerst wilt verdiepen in jouw pensioenfonds, of als je zelf een pensioenfonds mag kiezen, is het belangrijk om te weten hoe ons pensioenstelsel in elkaar steekt. Op deze pagina geven wij een korte opfriscursus met alle benodigde basisinformatie.

WAT IS PENSIOEN?

Pensioen is het inkomen dat je krijgt als je niet meer hoeft te werken. Tijdens je werkende leven bouw je een pensioenpot op door geld opzij te leggen via jouw pensioenregeling. Dat geld wordt belegd door een pensioenaanbieder. Als je met pensioen bent, wordt die pot geld omgezet in een uitkering.

WAAR BESTAAT JE PENSIOEN UIT?

Het pensioen bestaat in Nederland uit drie pijlers.

1. Eerste pijler: AOW. Dit is het basispensioen dat iedereen krijgt uitgekeerd van de Sociale Verzekeringsbank (SVB), daar hoef je niets voor te doen. Deze uitkering is alleen niet erg hoog, dus daarom is het verstandig om via de tweede of derde pijler meer pensioen op te bouwen.

2. Tweede pijler: Pensioen via de werkgever. Als je in loondienst bent, bouw je vaak een aanvullend pensioen op, doordat je werkgever een deel van je loon afstaat aan een pensioenuitvoerder. Daarvoor kun je kiezen uit een pensioenfonds, een pensioenverzekeraar of een premie-pensioeninstelling (PPI). Daarover lees je hieronder meer.

3. Derde pijler: Individueel pensioen. Als je een ondernemer of zzp’er bent, kun je ook een individuele pensioenrekening openen: een lijfrente. Dat kan ook als je wel in loondienst bent, maar geen pensioen opbouwt via je werkgever.

WAT IS EEN PENSIOENFONDS?

Er zijn vier soorten pensioenfondsen:

  • Bedrijfstakpensioenfondsen

(BPF) zijn opgericht door werkgevers en werknemers die in dezelfde bedrijfstak werkzaam zijn. Deelname is vaak verplicht als je in die bedrijfstak werkt. Voorbeelden zijn: ABP (ambtenaren & onderwijs), PFZW (zorg & welzijn), Pensioenfonds Detailhandel.

  • Ondernemingspensioenfondsen (OPF)

Ondernemingsfondsen zijn bedoeld voor één onderneming of voor een groep sterk aan elkaar verbonden ondernemingen, die niet onder een BPF vallen. Deelname is niet verplicht, je kunt ook zelf een OPF oprichten. Vooral grote ondernemingen maken hier gebruik van, zoals Philips en de ING-bank.

  • Beroepspensioenfondsen (BRP)

Beroepspensioenfondsen voeren de pensioenregeling uit voor bepaalde groepen van zelfstandige beroepsbeoefenaren. Deelname is vaak verplicht. Voorbeelden zijn: pensioenfondsen voor huisartsen (SPH),  fysiotherapeuten (SPF), notarissen (PFN).

  • Algemene pensioenfondsen (APF)

Algemene pensioenfondsen mogen meerdere pensioenregelingen uitvoeren, waarbij de pensioengelden niet verplicht in één pot zitten zoals bij de andere pensioenfondsen. Je kunt zelf kiezen om hieraan deel te nemen. Voorbeelden zijn: Het Nederlandse pensioenfonds, Unilever APF.

 

WAT IS EEN PENSIOENVERZEKERAAR?

Als werkgever kun je de pensioenregeling voor jouw werknemers ook onderbrengen bij een verzekeraar. Een verzekeraar kan als pensioenuitvoerder meerdere pensioenregelingen uitvoeren. Het voordeel van een verzekeraar in plaats van een fonds, is dat bij een verzekeraar de pensioenuitkering niet gekort kan worden als de dekkingsgraad te laag is. Voorbeelden zijn: Aegon, a.s.r., Zwitserleven.

WAT IS EEN PREMIE-PENSIOENINSTELLING (PPI)?

Een PPI is een vrij nieuwe pensioenuitvoerder die pensioenpremies belegt, maar niet zelf mag uitkeren. De pensioenuitkering moet worden aangekocht bij een verzekeraar. De PPI mag zelf geen risico’s verzekeren, waardoor hij flexibeler is dan andere pensioenregelingen. Een PPI kan door iedereen worden opgericht, als je daar een vergunning voor hebt.  Lees hier meer.

VERDER LEZEN

Nog vragen? Kijk bijvoorbeeld op www.mijnpensioenoverzicht.nl/faq

Vorige
Vorige

ABP stemt meestal tegen klimaatresoluties tijdens aandeelhoudersvergadering